In de topsectoren werken bedrijven, wetenschap en de overheid samen aan innovatie en kennisdeling. Het doel is om te zorgen dat Nederland economisch tot de wereldtop blijft behoren en oplossingen te vinden voor maatschappelijke uitdagingen als vergrijzing en schaarste van voedsel, water en energie. In deze eerste aflevering: Jeannine Peek, boegbeeld van de Topsector ICT.
Wat houdt het werk van de topsector in?
‘De basis is kennisinstellingen, overheid en bedrijven samenbrengen om te werken aan innovatie. Dat doen we in het licht van de missies die de overheid heeft gedefinieerd, gekoppeld aan de technologiestrategie die net herijkt is. Dat betekent dat we niet alle technologieën versterken, maar alleen die waarin de overheid echt wil investeren. Denk bijvoorbeeld aan artificial intelligence (AI), een van onze sleuteltechnologieën.
Zo’n onderwerp heeft allerlei kanten. Je kunt verder investeren in de technologie zelf. Maar ook in de toepassingen in de medische wereld of in veiligheid. Hoe kan je er geld aan verdienen? En hoe zorg je ervoor dat het op een ethische en verantwoordelijke manier gebeurt? Al die componenten zitten in onze aanpak. We proberen zoveel mogelijk krachten te bundelen met andere topsectoren. Dat heeft ook te maken met de human capital agenda: hoe zorgen we ervoor dat we voldoende capaciteit hebben om al onze ambities waar te maken?’
Wat is het belang van de Topsector ICT?
‘ICT is pas net officieel een topsector geworden. Maar we zitten overal in, het is een overstijgend thema. In alle andere topsectoren staat digitalisering op de agenda; wij zijn een belangrijke voorwaarde voor hen om succesvol te kunnen zijn. Zo kun je digitalisering inzetten bij de missie om een betaalbare zorgomgeving te hebben in de toekomst. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van AI.’
Wat is jullie internationale strategie?
‘Innovaties die in Nederland ontstaan, willen we internationaal in de markt zetten. Bijvoorbeeld door ze ruimte te geven op beurzen. Op de Hannover Messe is veel van onze maakindustrie aanwezig. Daar speelt digitalisering een belangrijke rol. Dus dan trekken we samen op met de topsector Holland Hightech Systemen en Materialen en maken onze ICT-innovaties daar ook zichtbaar. Als VNO-NCW-voorzitter Ingrid Thijssen met ministers naar het buitenland gaat voor staatsbezoeken of handelsmissies, haken de topsectoren ook vaak aan, afhankelijk van het onderwerp. Vorig jaar was er een missie naar Amerika waarbij digitalisering in de zorg belangrijke rol speelde. Toen ging de topsector ICT ook mee.
ICT-bedrijven die internationaal willen gaan, hebben niet altijd de topsector nodig. Veel startups vinden hun eigen weg wel. Maar bij het uitwerken van complexe projecten, bijvoorbeeld in samenwerking met de maakindustrie, is de Topsector ICT wel belangrijk. Je wilt natuurlijk internationaal uitdragen dat digitalisering in Nederland goed geregeld is. En dat we ook inzetten op sleuteltechnologieën in de digitalisering die de toekomst hebben. Dit helpt immers de soevereiniteit en internationale reputatie van ons land.’
Hoe belangrijk is de internationale markt voor jullie topsector?
‘Nederland is maar klein. Als we ons verdienvermogen willen vergroten, moeten we al snel kijken naar de internationale context. ICT is zelf al vrij internationaal. Er is veel samenwerking met bepaalde landen, bijvoorbeeld met Duitsland op het gebied van AI.’
Waaraan is behoefte in het buitenland en wat kunnen Nederlandse bedrijven daarbij betekenen?
‘Je moet niet onderschatten wat Nederland te bieden heeft. Veel innovaties kwamen ooit uit Nederland, zoals wifi. Ons land was ook grondlegger van een programmeertaal die internationaal veel gebruikt wordt. Maar ik denk dat onze toegevoegde waarde ook kan zitten in de toepassing, onder meer van AI en future network services. Dat laatste is 5G en 6G in combinatie met het internet.’
Hoe werken jullie samen met branches en bedrijven in het buitenland?
En die doen vaak mee aan publiek-private samenwerkingsprojecten. Talloze innovaties vinden dus al plaats in een internationale context. Maar ook een lokaal bedrijf, bijvoorbeeld uit het midden- en kleinbedrijf, kan iets heel vernieuwends doen. En gebruikmaken van het platform van de topsectoren om daarvoor subsidies te krijgen.’
Wat hebben jullie nodig van het Nederlandse bedrijfsleven?
‘Het is belangrijk dat het Nederlandse bedrijfsleven weet dat de topsectoren er zijn. En dat ze ook gebruikmaken van de faciliteiten voor innovatie. Denk aan publiek-private samenwerkingen die worden gesteund met subsidiemiddelen of aan subsidies voor het mkb, bijvoorbeeld voor netwerkactiviteiten, innovatiemakelaars of innovatievouchers.
Gelukkig zijn er veel bedrijven die precompetitief mee investeren in een bepaalde ontwikkeling in de zorg of de veiligheid van Nederland. Die investeringen leiden tot kennis en innovaties die in principe voor ieder bruikbaar zijn. Uiteindelijk kunnen bedrijven die voor hun eigen business gebruiken. Het topsectorenbeleid gaat niet alleen over innovatie, maar ook over verdienvermogen stimuleren.’
