‘Nederland moet kiezen of het industrie wil houden’

17-04-2024

‘Nederland moet kiezen of het z'n grotere industriële bedrijven wil behouden. Dat is simpel gezegd waar het op dit moment om gaat bij de maatwerkafspraken. Het is letterlijk vijf voor twaalf.’ Dat zei de voorzitter van VNO-NCW Ingrid Thijssen vanmorgen in een ronde tafelgesprek in de Tweede Kamer over de zogeheten maatwerkafspraken.

 

Ze wees daarbij onder meer op de gevaren voor kwetsbare regio’s waar veel grote industriële clusters zijn gevestigd. In provincies als Zeeland en Limburg zijn deze industrieclusters verantwoordelijk voor zo'n 30 procent van de economie’.

 

Aanpak valt stil

Na een voortvarende start twee jaar geleden valt volgens Thijssen de maatwerkaanpak in Nederland stil. ‘Landen om ons heen gaan inmiddels sneller’. Volgens Thijssen is dit zorgelijk. Niet alleen vanwege de specifieke kwetsbare regio’s maar ook omdat Nederland en de EU voor allerlei producten die de industrie maakt niet alleen afhankelijk wil zijn van het buitenland.

 

‘Verder heeft Nederland zich gecommitteerd aan 55 procent CO2-reductie. De opgave voor de industrie is 66 procent. De industrie gaat dus serieus meer CO2 reduceren dan haar ‘fair share’ en daardoor worden burgers en boeren ontzien. De maatwerkafspraken spelen hier een cruciale rol in.’

 

Erg veel onzekerheden om in Nederland te investeren

Thijssen vreest de stilstand -en zelfs het sluiten van productie- vanwege onder meer de veel hogere elektriciteitsprijs hier ten opzichte van onze buurlanden. Zo zijn die prijzen in Nederland drie keer hoger dan in Frankrijk en twee keer hoger dan in Duitsland. ‘Dankun je hier niet rendabel produceren’. Verder is ze zeer bezorgd over de zwabberkoers en het onzekere investeringsklimaat. ‘Bedrijven staan op het punt om miljarden in de verduurzaming van fabrieken te steken, maar Nederland verandert de spelregels continu’. Als voorbeeld noemde ze in de Tweede Kamer de nieuwe nationale CO2-prijs, waarvan deze week onverwacht bekend werd dat die verder wordt verhoogd, terwijl andere landen een dergelijke heffing niet kennen. ‘De heffing moet ook niet gelden als je bijvoorbeeld niet op het elektriciteitsnet kan’.

 

Ook wees ze in haar bijdrage op alle gedoe met vergunningen. Zo kreeg DOW in Zeeland geen vergunning vanwege stikstof-vereisten, terwijl door hun geplande verduurzamingsproject de stikstof uitstoot met 10 procent wordt verminderd en de CO2-emissie met maar liefst 50 procent.

 

‘Vijf voor twaalf’

Door de aanhoudende onzekerheid en stroperigheid twijfelen veel maatwerkbedrijven inmiddels serieus of zij hun fabriek in Nederland zullen verduurzamen. ‘Het is 5 voor12. Nederland moet kiezen; willen we hen behouden? Zo ja, dan moeten ook aan overheidszijde, van omgevingsdiensten tot alle betrokken bewindslieden en met steun van de Tweede Kamer, alle neuzen dezelfde kant op gezet worden zodat de hindernissen doortastend en voortvarend worden opgelost’, aldus Thijssen.

 

‘Ingewikkelde puzzel’

‘Het verduurzamen van een groot industrieel bedrijf is een ingewikkelde puzzel’, aldus de VNO-NCW-voorzitter. Met de maatwerkafspraken willen bedrijven en de overheid alle puzzelstukjes tegelijk in elkaar schuiven met investeringsbeslissingen op het juiste moment, tijdige vergunningen, beschikbaarheid van infrastructuur (zoals voor elektriciteit), beschikbaarheid van voldoende elektriciteit of waterstof, de planning van productiestops en subsidie voor de onrendabele kosten. De maatwerkaanpak moet zorgen voor de juiste coördinatie. Bedrijven zeggen als ze afspraken maken toe om stappen extra te zetten bovenop hetgeen in het Klimaatakkoord is afgesproken.

 

Meer weten en met welke bedrijven wordt gesproken? Lees de voortgangsrapportage van minister Adriaansens van EZK.