Keuringskosten nekken logistiek en land- en tuinbouw

03-12-2015

Er is helemaal niks mis met gedegen toezicht. Daarom is een goed functionerende Nederlandse Voedings- en Warenautoriteit (NVWA) een zegen voor het bedrijfsleven. De toezichthouder speelt namelijk een belangrijke rol bij de sterke internationale reputatie van Nederlandse producten en diensten. Dat is niet alleen goed voor ondernemers, maar net zo goed een publiek belang. Deze reputatie draagt immers bij aan de groei van de nationale economie. Dat vinden op dit moment dan ook álle landen binnen de Europese Unie – behalve Nederland, waar de overheid álle keuringskosten voor de NVWA op het bordje van het bedrijfsleven legt. En dat is geen goede zaak.

Met deze doorbelasting worden specifiek de logistieke sector en de land- en tuinbouwsector in ons land stevig benadeeld ten opzichte van dezelfde sectoren in andere landen. Het is geen geheim dat een gelijk speelveld in de EU essentieel is voor gelijke concurrentieverhoudingen. Dat gaat nogal lastig als boeren en tuinders veel hogere exportkosten hebben dan hun collega’s in andere landen. Voor transporteurs leidt de doorberekening van deze keuringskosten tot hogere importtarieven. Gevolg: Nederlandse ondernemers staan vanaf de start al op 1-0 achterstand ten opzichte van hun Europese concurrenten.

Voor alle bedrijven betekent het in elk geval minder middelen om te investeren in kwaliteit en duurzaamheid van producten. Dat is juist hard nodig om als handelsland concurrerend te blijven ten opzichte van de rest van de EU. Goed georganiseerd toezicht, uiteraard door onafhankelijke toezichthouders, dient dan ook uit algemene middelen te worden gefinancierd. Want toezicht dat het algemeen belang dient, kan simpelweg niet alleen voor de rekening komen van het bedrijfsleven. En al helemaal niet als ons bedrijfsleven dat als enige in Europa doet.