Branchevereniging aan het woord: evofenedex

04-12-2023

evofenedex is de belangenbehartiger voor logistiek en internationaal ondernemen in Nederland. Algemeen directeur Bart Jan Koopman vertelt.

 

Vertel eens over uw vereniging.

‘Wij vertegenwoordigen niet een sector of een branche, maar de internationale handel en logistiek bij bijna alle branches en sectoren. Van chemie tot agri en van retail tot industrie. Naar schatting 70 procent van het goederenvervoer in en uit Nederland loopt via onze leden. Het gaat daarbij in waarde om een derde van ons bruto nationaal product en ruim twee miljoen banen.

Onze ruim 10.000 leden zijn heel divers. Daarom hebben we de vereniging opgedeeld in specialistische raden, bijvoorbeeld voor export, luchtvracht en zeevracht, maar ook voor logistieke kennis en arbo, milieu en gevaarlijke stoffen. We zijn bezig om de link met de leden nog closer te maken. Zo gaan we meer in dialoog werken, bijvoorbeeld door al dan niet digitale community’s te faciliteren. Als leden een issue hebben met bijvoorbeeld compliance of de douane, kunnen ze daar gelijkgestemden tegenkomen die met dezelfde problematiek worstelen.

We hebben een organisatie met 125 mensen in dienst en een flexibele schil eromheen van een paar honderd mensen. Naast klassieke verenigingszaken hebben we ook een vrij grote tak voor opleiding en training en een tak voor consultancy. Daarmee adviseren we over zaken als de implementatie van wetgeving over vervoer van gevaarlijke stoffen of nieuwe batterijen. Maar ook over de regels voor  internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO) die eraan zitten te komen.’

 

Hoelang bent u al directeur en wat is uw achtergrond?

‘Sinds 2010 bij fenedex en sinds 2016 bij evofenedex. Sinds 1 april dit jaar ben ik algemeen directeur; na de fusie hadden we eerst een tweehoofdige directie. Mijn collega is doorgeschoven naar de post van algemeen voorzitter van de vereniging. Zelf kom ik uit de hoek van de internationale handel. Ik heb bijna 25 jaar bij AkzoNobel gewerkt in tal van commerciële en directiefuncties.’

 

Welke actuele kwesties spelen er voor jullie?

‘Om te beginnen zijn we als vereniging ontzettend druk met de gevolgen van geopolitiek en de invloed daarvan op de internationale handel. Zeker nu de wereld heel onrustig is en het wereldhandelssysteem verschuift van op regels gebaseerd naar meer gebaseerd op macht en invloed. Denk bijvoorbeeld aan ASML of aan een bedrijf dat wel of niet een exportvergunning naar China krijgt of dat vragen heeft over sancties tegen Rusland. Soms kunnen we bepaalde grondstoffen niet krijgen of willen we daarvoor niet meer afhankelijk zijn van andere landen. Verder blijft na Brexit de douaneproblematiek met het VK een thema.

In Nederland zitten we verder midden in allerlei discussies over infrastructuur. Het maakt ons niet uit of iets via containers binnenkomt of eruit gaat, met vrachtvluchten of met de trein. Als er maar keuze is en het meer duurzaam kan en betaalbaar blijft. Schiphol is heel actueel door het kabinetsbesluit dat er mogelijk toch geen krimp komt. Voor ons is dan met name het vrachtdossier van belang. Dat heeft ook met het vestigingsklimaat in Nederland te maken.

Duurzaamheid krijg nationaal en internationaal veel nadruk. Zelf zijn we bijvoorbeeld actief op het gebied van zero-emissiezones in steden. Je kunt wel van alles en nog wat willen, maar dan moeten de voorwaarden daarvoor wel op orde zijn. Door netcongestie en soms zelfs de afwezigheid van elektriciteit kom je helemaal niet toe aan de verduurzaming van het vervoer dat de stad in komt.’

 

Wat zijn belangrijke lobbypunten?

‘De meeste kwesties die ik net noemde, zijn ook gelijk lobbypunten. Verder kijken we op een positieve manier naar IMVO, internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen. We willen internationale ketens verduurzamen, daar waarde in creëren. Dat heeft natuurlijk nationale en internationale consequenties. Je moet er praktische dingen voor regelen, maar er zijn ook beleidspunten die in Nederland en Europa geregeld moeten worden. Als je kritische grondstoffen voor een bepaalde handelsketen op een verantwoorde manier wilt winnen, bijvoorbeeld lithium voor autobatterijen, moet je misschien gaan praten over zaken als milieu en arbo op de winlocatie. IMVO-regelgeving in Europa en Nederland moet die duurzame aanpak afdwingen. Dat zijn echt onderwerpen die hoog op de agenda staan.’

 

Hoe ziet u de toekomst van uw vereniging?

‘Het is mooi dat we meer en meer op ons bordje krijgen op het gebied van die ketens. Want iedereen wil verduurzamen. Iedereen wil de digitale transitie in. Dat kan alleen maar in ketenverband, en dat is precies ons thema. De complexiteit van ketens neemt toe en er komt veel werk op onze leden af. Dat kunnen we alleen samen met elkaar aanpakken, wat ons als vereniging ook steeds relevanter maakt.’

 

Waarom zijn jullie lid van VNO-NCW en MKB-Nederland?

‘Belangrijke beleidsthema’s voor ons overlappen vanzelfsprekend met die van VNO-NCW en MKB-Nederland. Ik zit zelf in het dagelijks bestuur van VNO-NCW en de algemeen voorzitter in het hoofdbestuur van MKB-Nederland. Op het gebied van lobby en beleid is een onderwerp als Internationale handel en vestigingsklimaat cruciaal voor VNO-NCW. Daar hebben we ook veel aan omdat zij met BusinessEurope een link hebben in Brussel. We trekken samen op en delen veel kennis. Zelfs als vrij grote vereniging hebben we niet de mankracht om alle dossiers zelf te doen. MKB-Nederland is op een andere manier waardevol voor ons, als het gaat om typische mkb-issues zoals regeldruk. Trouwens, de beleidsbureaus zijn nu min of meer hetzelfde.’

 

Met welke branchedirecteur zou u weleens een dagje willen ruilen?

‘Ik denk dat het leuk zou zijn om een keer een kijkje in de keuken te nemen bij de FME, de technologische industrie of de VNCI, de chemische industrie. Die zijn ook een deel van onze achterban en tegelijkertijd heel gespecialiseerd.’