Wouter Bos: ‘CO2-reductie, banen en R&D staan voorop bij InvestNL'

02-03-2020

Half januari ging hij dan eindelijk van start. Wouter Bos wil met Invest-NL flinke stappen zetten in de energietransitie. Denk niet dat het nieuwe investeringsfonds van de rijksoverheid overal in investeert. ‘We zijn alleen bereid iets meer risico te lopen dan de markt.’

 

Het is nog steeds behelpen voor de ruim veertig werknemers van Invest-NL. De burelen van voorloper Nederlands Investerings Agentschap (NIA) in de Symphony-toren in Amsterdam Zuid staan weliswaar in het financiële hart van de hoofdstad, maar over een paar weken verhuist het kantoor naar de andere kant van de stad: kantorenpark Amsterdam Sloterdijk. Tot dan toe maken ze het beste ervan. Geïnterviewd wordt in een ruimte die eruitziet als de postkamer waar een zithoek is neergezet. Niet oncomfortabel, maar weinig prestigieus. Deze club, geleid door oud-minister van Financiën Wouter Bos, heeft wel 1,7 miljard euro te verdelen.

Wie is Wouter Bos?Wouter Bos (1963) was minister van Financiën en vicepremier in het kabinet-Balkenende IV (2006-2010). In die periode nationaliseerde hij tijdens de financiële crisis het Nederlandse deel van Fortis bank en trok hij miljarden uit om Nederlandse banken overeind te houden. Na zijn studie politicologie en economie werkte Bos bijna tien jaar in binnen- en buitenland voor Shell in diverse advies- en managementfuncties. ‘Links moet het bedrijfsleven niet overlaten aan rechts’, zei hij daar over. Hij werd 1989 Kamerlid voor de PvdA. In 2000 volgde hij Willem Vermeend op als staatssecretaris van Financiën. Van 2002 tot 2010  was hij de politiek leider van de Partij van de Arbeid. Na zijn vertrek uit de Kamer in 2010 werkte hij bij KPMG. Van 2013 tot 2018 was hij bestuursvoorzitter van het Amsterdamse VU Medisch Centrum. Hij lobbyde in 2017 succesvol om de vestiging van het Europees Medicijn Agentschap EMA naar Nederland te krijgen.

Na drie weken vol interviews, zit zijn verhaal er goed in. Nee, Wouter Bos wil ook nu niet zeggen met welke bedrijven Invest-NL in gesprek is en ook absoluut niet wanneer hij de eerste samenwerking gaat aankondigen ‘ergens dit jaar’. En Bos is voorzichtig, hij houdt veel opties open.

Wel is de ambitie hoog. Bos wil de kapitaalinjectie aan scale-ups in de energietransitie verviervoudigen. Die was de afgelopen vijf jaar 200 miljoen euro. ‘Ik wil een van de besten van Europa worden als je kijkt naar hoe succesvol startups doorgroeien naar scale-ups. Dat is in Duitsland en het VK twee keer zo vaak als in Nederland. We gaan dat samen doen met bijvoorbeeld TechLeap (voorheen Startup Delta; red.), waarvan Constantijn van Oranje ambassadeur is.’

Wat is Invest-NL?De ontwikkelings- en financieringsinstelling Invest-NL beheert een privaat  fonds, opgezet door en met geld van de overheid. Het bedrijfsleven (VNO-NCW en MKB-Nederland) pleitte al jaren voor zo’n investeringsvehikel omdat projecten voor verduurzaming, export en versterking van het mkb niet van de grond komen door gebrek aan (durf)kapitaal. Invest-NL richt zich bij de start op de energietransitie en innovatieve scale-ups. Bij de energietransitie gaat het vooral om elektrificatie en energie, circulariteit, agrifood en de gebouwde omgeving. Met name industriële innovaties kunnen voor Invest-NL interessant zijn omdat het risico hier vaak te groot en de terugverdientijd te lang is voor traditionele kapitaalverschaffers. Daarnaast is het de bedoeling dat Invest-NL met een ontwikkelingspoot bedrijven of markten helpt om financierbaar te worden. Dat kan door het vergaren en verspreiden van kennis, maar ook door het ontwikkelen van modellen en instrumenten om financieringsknelpunten op te lossen. Oorspronkelijk zouden binnen Invest-NL ook regelingen van EZ voor ondernemingsfinanciering worden samengebracht en de instrumenten voor internationale financiering van Buitenlandse Handel.

Bos moest meer dan een jaar geduld hebben voordat Invest-NL officieel ‘open’ ging. Hij begon al eind oktober 2018 als beoogd ceo, maar moest wachten tot het hele politieke proces in Tweede en Eerste Kamer was doorlopen. In de tussentijd ging de Nederlandse economie van post-crisis naar een stadium waar het bijna lastig wordt om te investeren, zoveel geld ligt er op de plank.

 

Meneer Bos, zijn we niet een beetje laat? Geld lenen is bijna gratis voor ondernemers en financiers kunnen het bijna niet kwijt.

‘Er is in Nederland vooral veel bancair geld. Banken willen en mogen niet te veel risico nemen. Wij werken eerder op het terrein van de venture capitalists, de durfinvesteerders. Daar hebben we er niet veel van in Nederland en zij zijn relatief klein.’

 

Zouden banken niet gewoon wat minder angstig moeten zijn om te investeren in bedrijven die toe zijn aan opschaling?

(Brede grijns) ‘Ik heb een periode in mijn leven gehad dat banken teveel risico’s namen, dus ik moet geloof ik de laatste zijn die zegt dat ze nu meer risico’s moeten nemen.’

 

Heeft u enig idee hoeveel ondernemingen in Nederland uw financiering nodig hebben?

(Opgewekt) ‘Nee… We gaan iets doen dat nog niet eerder gedaan is in Nederland. Als je kijkt naar het buitenland zie je dat er een significante markt voor ons is, maar ik zou niet precies een getal kunnen noemen. Dat is deels het spannende. We weten niet helemaal wat we tegen komen en we zullen mentaal heel flexibel moeten zijn om onze strategie zo nodig daarop aan te passen.’

 

‘het beeld is dat wij alleen investeren als de markt dat niet doet’

 

Dat klinkt eerlijk gezegd niet als een erg solide businessplan.

Bos schiet in de lach. Dan serieus: ‘Er lijkt een beeld gecreëerd dat wij alleen financieren als de markt het niet doet. Dat betekent natuurlijk niet dat als je met een slecht plan nul op het rekest hebt gekregen bij een bank, je het geld bij ons wel krijgt. Wij handelen als een gewone investeerder. Alleen zijn wij bereid iets meer risico te lopen en langer op rendement te wachten dan marktpartijen. Dat maakt het moeilijk inschatten hoe groot onze markt is. Voordat we officieel open gingen hadden we vijftig aanvragen binnen, een paar dagen na de openingshandeling kwamen daar zeventig bij. U weet net zo goed als ik dat die het lang niet allemaal gaan halen.’

Invest-NL zoekt ondernemers met goede plannen. Kijk maar:

 

Officieel is 5 miljoen de ondergrens voor investeringsaanvragen die Invest-NL bekijkt (eigenlijk is dat een vraag van tien miljoen, want Invest-NL wil voor minder dan 50 procent co-financieren). Op de website van Invest-NL worden ondernemers met meerkeuzevragen in vijf  stappen door een eerste selectieproces geholpen met vragen over het bedrijf, de omvang van de benodigde investering en de mate van financiering die er eventueel al is.

 

Als ik uw quick scan volg, moet een bedrijf eigenlijk minstens 10 tot 20 miljoen aan u vragen, 50-100 werknemers hebben en additionele financiers al bijna aan de haak hebben om een goede kans te maken. Zijn dat nog wel scale- ups?

‘We moeten wel echt iets doen dat nog niet op de markt is. Onder de 5 miljoen zijn er mogelijkheden bij banken, RVO, Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen, friends, family and fools, informal investors, angels, Qredits en anderen. Daar moeten wij ons niet ook in gaan mengen. Wij hebben het over jonge, snelgroeiende bedrijven die weinig omzet hebben en soms nog geen winst maken maar wel voor een grote schaalsprong staan. Het zal vaak gaan over industriële installaties, maar niet per se alleen maar. We verkennen wel of we indirect kleinere mkb-financieringen mogelijk kunnen maken.’

 

Waar zit het risico in deze bedrijven? Is dat de terugverdientermijn van de investering? Vragen bij de levensvatbaarheid?

‘De grootte van het bedrag is vaak een probleem. In de industriële sfeer gaat substantieel opschalen gauw om enkele tientallen miljoenen euro’s. Dat krijg je in Nederland niet zomaar met risicodragend kapitaal bij elkaar. Bij grote transities zoals de energietransitie ze komt ook een stapeling van risico’s. Er zijn politieke risico’s, technologische risico’s en zijn internationale concurrentie-risico’s. Je moet je afvragen of in China niet ook een innovatieve ondernemer bezig is die straks sneller op de markt is dan jij. Vaak geldt met echt innovatieve technologie dat degene die het eerst op de markt is, die markt ook helemaal controleert. Als een ander bedrijf eerst is, zit jij met een fabriek van 10, 20, 30 miljoen die je nergens anders meer voor kunt gebruiken. Het is moeilijk dat risico te beprijzen en financiers zien er daarom vaak van af.’

 

‘ik reken op solide medefinanciers die kennis hebben van de markt’

 

U richt zich dus vooral op industriële projecten zoals fabrieken?

‘Niet alleen maar. Maar in bijvoorbeeld de it gaat opschalen van een start-up vaak om geld voor salarissen en servercapaciteit. Als dat mislukt hou je op met het betalen van die salarissen en die servercapaciteit. Dat is een andere type risico, dat bestaande financiers makkelijker willen nemen.’

 

Het lijkt mij moeilijk te beoordelen wie wel of niet kanshebber is.

‘Zeker de eerste jaren zullen wij vooral co-investeren. Ik reken op solide medefinanciers die kennis hebben van de markt, misschien hebben ze al eerder in het bedrijf geïnvesteerd. Hopelijk komen er financiers die zeggen: 'Ik geloof hier echt in, maar kan dit risico niet in mijn eentje dragen, wil je meedoen?' Dan kunnen wij iets van het risico wegnemen, zodat de financiering toch door kan gaan.’

 

Tussen het kabinetsbesluit in 2016 – ‘financieren van maatschappelijke transities en toegang bieden tot nieuwe markten’ - en de start in 2020 is Invest-NL ‘een aantal keer van kleur verschoten en van vorm veranderd’ in de woorden van Wouter Bos. Het was eerst de bedoeling dat het innovatie in de breedste zin van het woord zou steunen. Toen het kantoor in 2018 de eerste aanvragen ging inventariseren, werden de armen wijd uitgespreid. Dat leverde zo’n brede waaier aan bedrijven, sectoren en financiële instanties op dat het bijkans onmogelijk was om daar als beginnende organisatie zicht op te krijgen. Uit die begintijd komen bijvoorbeeld vrij brede overeenkomsten met provinciale ontwikkelingsmaatschappijen. Een motie van GroenLinks om te specialiseren in de energietransitie was een steun in de rug om die stap, die intern al leefde, te zetten. ‘We zijn iets kleiner dan ooit verzonnen, maar kunnen daardoor daadkrachtiger beginnen.’

 

‘wij willen vooral impact zien’

 

Die Kamermotie kwam u goed uit.

‘Bij de energietransitie en voor snelgroeiende scale-ups is het buitengewoon moeilijk om risicodragende financiers te vinden. Van de circulaire economie hebben we ook hoge verwachtingen, maar die ligt in ontwikkeling 10 tot 15 jaar achter op de energietransitie. De innovatieve bedrijven in die sector zijn vaak nog te klein en de onzekerheden over wat werkt en wat niet werkt vaak nog groter dan bij de energietransitie. Hun financieringsvraag is vaak lager en kan dan nog op traditionele wijze opgelost worden via banken, regionale ontwikkelingsmaatschappijen of RVO. Maar we hebben hier wel mensen die dat volgen en sluiten niet uit dat we ook daar een grote rol kunnen krijgen.’

 

Het gevaar is dat dochters van grote bedrijven, multinationals, al snel een voorsprong bij u hebben door de kennis en kunde van het moederbedrijf.

‘Als dat zo is, investeren we graag met ze samen. Je ziet vaak dat grote bedrijven een dochter afsplitsen waarbinnen innovatie gedaan en gefinancierd wordt. Soms zijn het consortia die innoveren, soms eenpitters op een zolderkamer. Dat doet er voor ons niet zo heel veel toe. Wij willen impact zien: hoeveel CO2 gaan jullie verminderen?’

 

Maken buitenlandse bedrijven een kans als zij een aanvraag indienen?

‘Als zij een Nederlandse vestiging hebben en de investering betekenis heeft voor de Nederlandse economie, dan kan dat.’

 

‘als we kunnen kiezen, investeer ik het liefst in nederland’

 

En wat als Nederlandse bedrijven een aanvraag doen voor innovatieve investeringen in het buitenland?

‘Dat mág, maar als wij kunnen kiezen, dan investeer ik het liefst in Nederland. We gaan het meemaken. Want wat is een Nederlands bedrijf? Wij kijken vooral naar waar wordt de CO2 gereduceerd, waar komen de arbeidsplaatsen en waar de r&d. Dat zijn de drie pijlers waarop al onze beslissingen staan omdat dat iets zegt over de betekenis van de investering voor de Nederlandse economie.’

 

Het ging de afgelopen weken veel over geld, maar het mkb hoopt ook dat Invest-NL individuele bedrijven bij de hand zal nemen om hun financieringsproblemen op te lossen. Bijvoorbeeld door ze – net als de ontwikkelpoot van een bank – te helpen bij hun businessplan. Over uw ontwikkelpoot horen we weinig.

‘Dat verhaal is ingewikkelder, maar die poot is ontzaglijk belangrijk voor ons. Als het gaat om de energietransitie inventariseren we daar: welke partijen zijn daar allemaal actief? Waar zijn die mee bezig? Hoe loopt hun financiering? Op dit soort vragen willen we een antwoord hebben, voor we bezig kunnen gaan om iets financierbaar te máken. En dan kijken we het liefst niet naar één bedrijf, maar een hele sector. Zo kunnen we in één keer voor een groep bedrijven financieringsproblemen oplossen. Of doordat we zelf gaan investeren, of doordat de markt dat wil doen op basis van onze uitkomsten. Maar individuele bedrijven bij de hand nemen, dat doen we in principe niet.’

 

Op de hoogte blijven van onze beste artikelen? Schrijf je dan gratis in voor onze nieuwsbrief.