Gevaarlijke stoffen

Gevaarlijke stoffen

Wat is
Gevaarlijke stoffen

Bedrijven die werken met gevaarlijke stoffen moeten zich aan speciale wetten houden om ervoor te zorgen dat werknemers, bewoners en het milieu veilig zijn. Hiervoor zijn er Europese regels (de Seveso-richtlijn) en Nederlandse regels (BRZO-wetgeving). Maar wetten alleen zijn niet genoeg; veilig omgaan met gevaarlijke stoffen betekent dat medewerkers zich bewust zijn van de risico’s. Dat noemen we de ‘veiligheidscultuur’ van een bedrijf. Om bedrijven hierbij te helpen hebben werkgeversorganisaties samen met enkele branches het programma Veiligheid Voorop bedacht.

Onze
standpunten

BRZO

Bedrijven die werken met grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen, zoals chemische- en brandbare stoffen, noemen we ‘BRZO-bedrijven’. Deze bedrijven vallen namelijk onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen (BRZO). Het gaat dan om bedrijven waarbij er grote gevolgen zijn voor mens en milieu als er een ongeluk is: explosies, branden en gifwolken bijvoorbeeld. Voor deze bedrijven gelden daarom extra strenge veiligheidseisen en ze worden vaak gecontroleerd door gespecialiseerde Omgevingsdiensten. De overheid moet dan wel genoeg kennis hebben om te snappen hoe die bedrijven werken. Er zijn inmiddels wel 1700 gevaarlijke stoffen bekend. Bedrijven vinden het belangrijk dat de overheid duidelijk maakt welke gevaarlijke stoffen het eerste moeten worden aangepakt en ook waar de grens precies ligt: bij welke hoeveelheid wordt een bepaalde stof echt een risico. Het beste is het als bedrijven bij het bedenken van hun producten voorkomen dat er gevaarlijke stoffen gebruikt worden: ‘safe by design’ wordt dat genoemd.

Pfas

Stoffen waar veel over gesproken wordt zijn de zogenaamde pfas (per- en polyfluoralkylstoffen). Dit zijn chemische stoffen die al jaren worden gebruikt in verschillende producten omdat ze handige eigenschappen hebben. Ze stoten water, vet en vuil af en beschermen tegen warmte. Pfas worden onder andere gebruikt in antiaanbaklagen van pannen, blusschuim, cosmetica, kleding, medische hulpmiddelen, zonnepanelen en chips. Het probleem met pfas is dat de stof niet wordt afgebroken en zich dus opstapelt in de natuur en in het lichaam van de mens. Dit is gevaarlijk. Daarom zijn er regels gemaakt die pfas vanaf 2028 gaan verbieden. Werkgeversorganisaties vinden het belangrijk dat er op tijd goede alternatieven zijn, anders wordt het lastig om bepaalde producten te maken. Ook willen werkgevers het liefst dat de regels overal in Europa hetzelfde zijn en dat Nederland niet eigen regels voor chemische stoffen bedenkt.

Handige links