Netherlands MENA Business Council: zakendoen in de Arabische wereld

01-04-2021

Nederlandse bedrijven helpen met de ontwikkeling van hun zaken in de Arabische wereld. Dat is het doel van de Netherlands MENA Business Council, gevestigd in de Malietoren. Het woord is aan voorzitter Salim Rabbani.

 

Waar staat MENA voor?

‘Middle East and North Africa. Wij richten ons op een groot gebied: van Marokko tot en met Irak. Nederlandse bedrijven die hier actief zijn of willen worden, geven we informatie en advies. We helpen hen aan een netwerk en potentiële zakenpartners. Verder ondersteunen we Arabische bedrijven die een business willen opzetten of al hebben in Nederland. Zo leggen we over en weer verbindingen en kweken zakelijk begrip.’

 

Hoe doen jullie dat?

‘Met netwerkevenementen en matchmaking. We leggen contacten tussen Nederlandse en buitenlandse ondernemers, overheden en ambassades. Zo organiseren we ieder jaar tijdens de ambassadeursconferentie in januari het Netherlands MENA Trade Dinner. Daarvoor zijn alle Nederlandse ambassadeurs in de Arabische landen, Arabische ambassadeurs in Nederland en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en overheid uitgenodigd. Verder zijn er regelmatig handelsmissies naar en vanuit de regio en organiseren we lunches voor CEO’s met sprekers over onderwerpen die relevant zijn voor het zakendoen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Marian Reijnen is directeur van de MENA Business Council. Voor mijzelf en de andere bestuursleden is het een nevenfunctie. In het dagelijks leven werk ik in ons familiebedrijf, dat handelsrelaties tot stand brengt tussen Nederlandse en Amerikaanse bedrijven en bedrijven in de Arabische wereld.’

 

Liggen er zakelijke kansen?

‘Het Midden-Oosten en Noord-Afrika zijn snelgroeiende regio’s. Het aantal jonge mensen neemt toe: naar verwachting wonen er in dit hele gebied aan het einde van deze eeuw meer mensen dan in China. Maar het gaat niet alleen over demografie. De Golflanden, zoals de Verenigde Arabische Emiraten, Bahrein, Oman en Saoedi-Arabië, zetten hun olie- en gasreserves in om economische groei te diversifiëren en stimuleren. Zij investeren bijvoorbeeld in ICT, transport, bouw en logistiek. Ook landen in Noord-Afrika en de Levant zijn belangrijke handelspartners voor Nederland, onder meer omdat ze een rol zullen spelen in de Europese energietransitie.’

 

Wat is jullie relatie met VNO-NCW en MKB-Nederland?

‘Wij zijn een onafhankelijke stichting, maar nauw verbonden met VNO-NCW en MKB-Nederland. Veel bedrijven die wij ondersteunen, zijn ook lid van deze organisaties. Ons bestuur bestaat grotendeels uit vertegenwoordigers van grote bedrijven, maar het merendeel van onze stakeholders behoort tot het mkb. Ze komen uit allerlei sectoren, zoals agrifood, water, transport en logistiek. De samenwerking met VNO-NCW en MKB-Nederland is voor ons heel belangrijk. Het is mooi dat de leden elkaar weten te vinden en kennis kunnen uitwisselen over zakendoen in de Arabische wereld.’