Willem Vermeend over FinTech: 'Als we niets doen, loopt Zuidas leeg'

13-04-2016

Nederland staat aan de top van landen met een innovatieve financiële sector. Maar baanbrekende startups uit het buitenland liggen op de loer. Oud-staatssecretaris van Financiën Vermeend moet ervoor zorgen dat Nederlandse bedrijven meer slagkracht krijgen. ‘Als we niets doen, loopt die prachtige Amsterdamse Zuidas helemaal leeg.’

Ruim 200 miljard euro. Zoveel geven banken en verzekeraars wereldwijd uit aan ict, gemiddeld 10 tot 15 procent van de totale uitgaven. Volgend jaar is dat waarschijnlijk 215 miljard. Misschien is dat allemaal voor niets. Betaal-apps, elektronische advies- en beleggingsdiensten, leenplatforms en andere innovaties zagen aan de poten van de bestaande instellingen. Succesvolle FinTech-bedrijven omzeilen de procedures die banken, verzekeraars en hypotheekverstrekkers zichzelf opleggen en maken dat betalingsverkeer digitaal, makkelijker en ‘leuker’ wordt. In China wordt 85 procent van alle onlinebetalingen door andere partijen dan banken gedaan. En in de VS is online hypotheekverstrekker Quicken een van de marktleiders met een uitgezet kapitaal van 200 miljard dollar.

Weggevaagd
Vorig jaar werd 20 miljard euro – twee keer zoveel als in 2013 en vier keer zoveel als in 2011 – geïnvesteerd in innovatieve financiële FinTech-bedrijven. In Nederland, dat binnen Europa alleen de Scandinavische landen voor moet laten gaan, werd bijna 250 miljoen geïnvesteerd. Het Nederlandse wereldwijde betaalplatform Adyen is een internationale hit. De financiële clouddienst Acceptemail maakte vorig jaar de oversteek naar de VS na een opbouwfase in Europa. Maar de miljarden worden vooral gespendeerd in de VS, China en India.

Voormalig staatssecretaris van Financiën Willem Vermeend moet ervoor zorgen dat de Nederlandse financiële sector in de digitale economie niet wordt weggevaagd door het buitenlandse geweld. Of liever nog, dat er wat van die miljarden naar Nederland komen. Vermeend werd in februari door het kabinet benoemd tot FinTech-afgezant als schakel tussen politiek en bedrijfsleven. Hij wil FinTech niet moeilijker voorstellen dan het is. ‘Fin staat voor financial en tech voor technology. Waar zit dan die tech? Vooral in ons mobieltje. Dat wordt onze bank, wat zeg ik, ons mobieltje wordt een verlengstuk van ons hele economische leven.’

U bent de oppepper van de financiële sector geworden.
‘Laten we zeggen dat ik met ze meedenk de andere kant op.’ Vermeend barst in schaterlachen uit. ‘Bankiers zijn van nature niet de meest innovatieve jongens, maar ik ben optimist. Het is mijn opdracht om ze mee te krijgen. En tot nu toe ben ik positief verrast. Ze denken goed mee.’

‘Bankiers zijn van nature niet de meest innovatieve jongens, maar ik ben optimist’

Bankfiliaal
Nederland is een flexibele uitzondering in de starre financiële wereld. Een rekening openen of betalingen doen, gaat in veel landen gepaard met veel administratieve handelingen die per se in een bankfiliaal afgehandeld moeten worden. De afgelopen tien jaar is 60 procent van de Nederlandse filialen verdwenen door automatisering en digitalisering bij de banken zelf. Nergens anders in de wereld is die ontwikkeling zo duidelijk en daardoor lijkt FinTech in de polder niet erg ingrijpend. In een analyse van onderzoeksbureau Citi GPS staat Nederland dan ook bovenaan in twee lijstjes: Die van landen die het meest gaan veranderen door FinTech en die van landen waarbij de FinTech-ontwikkelingen vooral zullen komen van de bestaande financiële instellingen en niet van nieuwelingen. Zo kondigde ING afgelopen week betalen via een QR-code aan, zodat twee partijen ter plekke contactloos kunnen betalen met hun mobieltjes.

Wie is Willem Vermeend
Willem Vermeend is hoogleraar Economie 4.0 aan de Open Universiteit en schreef boeken over onder meer Big Data, 3D-printen en het Internet of Things. De PvdA-er was staatssecretaris van Financiën van 1994 tot 2000 en daarna twee jaar minister van Sociale Zaken. Hij stond als lid van de Tweede Kamer vooral bekend als creatieve fiscale wizz kid. Medio 2013 werd hij door minister Kamp van Economische Zaken al benoemd tot aanjager van Doorbraakprojecten ICT in het MKB, waaronder 3D-printen en Big Data. Verder is Vermeend lid van de Stuurgroep Smart Industry, die zich bezig houdt met de digitalisering van de maakindustrie in Nederland.

We doen het eigenlijk wel goed, zou je zeggen.
‘Wij zijn het land van pinnen, internetbankieren en contactloos betalen. Maar FinTech gaat ook over hypotheken, pensioenfondsen, accountants, verzekeringen en belastingen. Nederland kan hard worden getroffen als het niet meegaan in de nieuwe ontwikkelingen. Als we niets doen, loopt die prachtige Amsterdamse Zuidas helemaal leeg naar het buitenland.’

Het gaat met FinTech dus niet alleen om makkelijker betalen?
‘Klopt. De buitenwereld denkt te veel aan betaal-apps. Het gaat om wat daaromheen gebeurt, de mechanismen achter de voordeur, die de klant niet ziet. Het zou zonde zijn als de Nederlandse bedrijven hun kennis daarvan niet online kunnen ontwikkelen. Ik wil de financiële sector ook betrekken bij smart industry sectoren, want innovaties uit FinTech kun je ook elders toepassen. Een voorbeeld is de blockchain-systematiek aan de basis van bitcoin, waarbij alle transacties simultaan door alle deelnemers van een netwerk worden bijgehouden. Die maakt de digitale munt veilig en betrouwbaar. Dat systeem kun je ook in de medische sector toepassen of in de logistieke sector.’

Hoe houden we Nederland in de race?
‘De afgelopen weken heb ik twee dingen bekeken: wat doet het buitenland en wat zijn de knelpunten in Nederland. Als je kijkt naar Londen zie je dat de winstbelasting voor FinTech-bedrijven omlaag is gegaan naar 17 procent en er is gezorgd voor snellere procedures om FinTech te faciliteren. Er zijn hier ook een paar algemene knelpunten die dringend moeten worden opgelost om Nederland aantrekkelijker te maken voor innoverende bedrijven. Ten eerste is er de financiering van scale ups, het is heel moeilijk om te groeien uit een startup. Dat speelt in Engeland veel minder en scale ups zorgen daar voor de grootste banengroei. Iets anders is de zogenaamde ‘gebruikelijke loonregeling’ voor dga’s of de praktijk om met het personeel af te spreken dat ze voor een deel worden betaald in aandelen of opties van hun bedrijf. Dat is in de internationale tech-sector heel gewoon, maar in Nederland loop je tegen allerlei belastingmaatregelen op die dat heel onaantrekkelijk maken. En ik ken de regels, ik heb ze deels nota bene zelf gemaakt.’

Bent u niet bang voor een race to the bottom als regels en procedures steeds simpeler worden?
‘Nee, een race to the bottom moeten we juist niet hebben. Ons toezicht is een visitekaartje voor betrouwbaarheid. We hebben allemaal gezien wat er mis kan gaan als het financieel toezicht verslapt. Maar we kunnen wel kijken of het binnen die regels sneller kan. De doorlooptermijnen voor vergunningverlening zijn veel te lang. De Nederlandsche Bank kijkt daar wel naar, maar dat moet echt sneller.’

De FinTech Drie-eenheid
Er ontstaan – volgens onderzoeksbureau Citi GPS – drie belangrijke FinTech-stromingen. Ten eerste de robo-advisors, die ingelegd vermogen beleggen volgens geautomatiseerde berekeningen. Op dit moment is het voor dergelijke bedrijven moeilijk klanten te vinden. Het is voor een computerprogramma moeilijk een merk op te bouwen, een vertrouwensband aan te gaan met klanten en adviescapaciteiten te ontwikkelen. De tweede categorie zijn de kredietverleners. Hun voornaamste probleem is liquiditeit. Zij gaan vaak een samenwerkingsverband aan met institutionele beleggers, banken of peer-to-peer kredietverschaffers. De laatste categorie zijn betaalsystemen die gekoppeld zijn aan e-commerce. Zo heeft het Chinese Alibaba een eigen betaalmethode, met de vaste gebruikers als achterban. Citi GPS vindt dit een kleine bedreiging omdat dergelijke betalingen maar een klein deel van de winst voor traditionele financiële instellingen zijn. Het is vooral een gemiste kans omdat zo ook klantcontact verloren gaat.

Zandbak
Een oplossing waar De Nederlandsche Bank naar kijkt is sandboxing, afgekeken van de Britse toezichthouder. In de ‘zandbak’ kunnen bedrijven onder een verlicht toezichtregime innovatieve producten, diensten en bedrijfsmodellen testen om de time-to-market te verkorten. Maar het gaat om meer dan toelatingsprocedures wil Nederland naast het financiële geweld uit de VS en China een potje kunnen meeblazen bij de ontwikkeling van FinTech, vindt Vermeend. Als Nederland in de wereldtop wil komen heeft het bijpassende opleidingen nodig, is zijn overtuiging. ‘Ik zou zeggen: richt een smart business university op met als specialisatie FinTech. Die moet je wereldwijd promoten, bouw tegelijk een campus en koppel dat aan startups. Dat deel en vermarkt je via internet. Het is allemaal niet zo duur en heel aantrekkelijk. Amerikaanse jongeren zullen dat bijvoorbeeld geweldig vinden. Studeren is daar buitengewoon duur en ze zitten ook nog eens dicht bij Amsterdam. Prachtig.’

Zo leid je toch talent op voor het buitenland?
‘Dat denk ik niet. Een deel zal teruggaan, maar er blijft ook talent hangen. Het gaat niet om de vissen, het gaat om een zo goed mogelijke kweekvijver voor innovatieve ideeën in Nederland.’