Branchevereniging aan het woord: FHI

01-12-2022

In deze serie komen de brancheleden van VNO-NCW en MKB-Nederland aan het woord. FHI is het collectief van technologiebedrijven die producten en diensten leveren aan de industrie, R&D, wetenschap en zorgsector. Directeur Paul Petersen vertelt.

 

Wat is er te vertellen over de branche en branchevereniging?

‘FHI is in 1956 ontstaan vanuit de organisatie van beurzen voor instrumentatie. Ons belangrijkste doel is dan ook heel praktisch: het faciliteren van contacten van onze leden met hun klanten, potentiële klanten en andere stakeholders in de bedrijfsketen. Naast beurzen gaat het tegenwoordig ook om kleine events, bijeenkomsten en online communicatie. Ledendiensten en belangenbehartiging zijn bij ons meer een bijproduct.

Op ons kantoor in Leusden zitten 24 mensen. De meeste van onze 650 leden zijn onbekend, maar ze leveren bijvoorbeeld technologische apparatuur waarmee ASML, Shell, RIVM, FrieslandCampina, universiteiten en laboratoria hun producten of diensten voortbrengen.’

 

Hoe lang bent u al directeur en wat is uw achtergrond?

‘Ik ben sinds 2012 directeur en werk vanaf 2000 al voor FHI. Ik heb technische bedrijfskunde gestudeerd in Enschede, dus dit werk past heel erg in mijn profiel. Ik ben dol op techniek en vooral op het combineren van kwaliteiten van andere mensen, zodat die samen iets moois kunnen maken.’

 

Welke actuele kwesties spelen er momenteel voor jullie?

‘Die hebben te maken met klimaatverandering en de energietransitie. De hele industrie en alles wat met energievoorziening te maken heeft, moet veranderen. Onze leden kunnen zorgen voor de technische oplossingen, dat zeggen ze al twintig jaar. Maar dat kunnen we alleen samen met anderen doen. Er zijn geen bedrijven of branches groot genoeg om de problemen in hun eentje op te lossen.

Dat geldt ook voor andere thema’s, zoals industrie 4.0 en cybersecurity. Bij cybersecurity zie je hoe belangrijk het is om samenwerking in de keten op te zetten, maar voor je het weet ontstaan er silo’s. De informatiestroom loopt van de chip tot de persoon die achter het systeem zit in de kantoorautomatisering of degene die een usb-stick verliest. Je bent in een keten van elkaar afhankelijk, dus je moet zaken ook samen oplossen.

We zijn niet gewend om dingen op die manier op te pakken. We hollen achter een enkel onderwerp als energieverbruik aan. Maar door op de korte termijn te reageren op dit soort issues, los je deze nooit op. Het is dus zaak om groepen structureel bijeen te brengen. Dat kan bijvoorbeeld via MKB-Nederland. Daar zouden we nog veel meer gebruik van kunnen maken als we verder vooruitkijken. Wij doen dat ook met beurzen en events, waar we ook partijen bereiken die niet bij MKB-Nederland zijn aangesloten, zoals eindgebruikers in de industrie (WIB) en internationale verenigingen.’

 

Wat zijn belangrijke lobbypunten?

‘We houden ons niet bezig met lobbyen bij de overheid, maar kijken hoe we zaken praktisch kunnen realiseren. Hoe gaan we het met z’n allen aanpakken als het energienet nu niet voldoet? Netbeheerders hebben dat als prioriteit, hoe kunnen meer partijen betrokken raken om dat te ondersteunen? Verder steunen we de lobby van andere technische brancheverenigingen voor bijvoorbeeld technisch onderwijs.’

 

Waarom zijn jullie lid van MKB-Nederland?

‘We begonnen al in de jaren negentig te overwegen om lid te worden. Onze leden hebben belangen bij ketens die bij beide verenigingen zijn aangesloten. We twijfelden dus of we voor VNO-NCW of MKB-Nederland moesten kiezen. Toen de verenigingen gingen integreren, juichten we dat dan ook toe. Uiteindelijk voelen onze leden zich toch meer passen bij het mkb, bij praktische bedrijven.’

 

Hoe ziet u de toekomst van uw branche?

‘We geloven nog steeds in beurzen, events en bijeenkomsten. Sinds de coronaperiode weten we echter dat het niet verstandig is om alleen daarop te wedden. Onze basisfunctie is het faciliteren van contacten, en het middel maakt eigenlijk niet zo uit. Op een beurs kan je strategische onderwerpen makkelijker aan de orde stellen. Maar onderzoeken hoe je iets aanpakt met bijvoorbeeld waterstof kan ook weer heel goed online. We willen het goede behouden en uitbreiden in online communicatie. Dan ziet de toekomst er florissant uit.

De uitdagingen waar we nu voorstaan, vragen om technische oplossingen, maar dan met de nadruk op mensen en samenwerking in de ketens. Dat is de toekomst van de branche. Als we als branchevereniging daarin een rol kunnen vervullen door contacten te leggen en collectieve doelen te ondersteunen, geloof ik ook in een goede toekomst van de vereniging.’

 

Met welke branchedirecteur zou u weleens een dagje willen ruilen?

‘Ik heb een keer gesproken met de directeur van de Museumvereniging. Een tentoonstelling en een beurs hebben veel overeenkomsten, al is de context totaal verschillend. Ik ben heel benieuwd wat die directeur meemaakt. Of de directeur van de slagersvereniging, die nadenkt over maatschappelijke functie van de branche. Veel slagers hebben bovendien passie voor hun vak, dat spreekt me erg aan.’